Blog#8
Dat wat er niet mag zijn, krijgt macht
Over waarom het niet werkt om emoties weg te stoppen. Over waarom het nuttig is om verdrietig te zijn. En over weerstand die een kwetsbare plek beschermt.
Op mijn huisartsen spreekuur zie ik mensen met uiteenlopende klachten. Van verkouden babyneuzen tot terminale zorg. Ze nemen mij in vertrouwen en ik luister, zowel naar de beschrijving van de klachten als het verhaal erachter.
Want alles wat we meemaken, slaan we op in ons lijf. Als ervaringen (zowel positief als negatief) te lang aanhouden, zonder dat er een vorm van ontlading volgt, dan houdt je lijf het vast. En vervolgens vindt het een andere (vaak verwrongen) weg naar buiten. Het is niks nieuws dat eczeem verergert in perioden van stress, dat we buikpijn krijgen als we een spannende presentatie moeten geven en dat we hoofdpijn krijgen als we niet genoeg pauze nemen op het werk. Dus als er een puber last heeft van chronische buikpijn, vraag ik door. Grote kans dat er iets speelt dat de apotheek niet kan verhelpen.
De term ‘depressie’ komt van ‘onderdrukken’
In mijn werk zie ik dikwijls mensen met depressieve klachten, waarbij de bron ligt in het onderdrukken van emoties of eigen behoeften. Ook bij patiënten met ernstig overgewicht blijkt na doorvragen niet zelden dat er veel onverwerkt leed in het lijf opgeslagen ligt. Waarmee ik niet wil zeggen dat al deze lichamelijke klachten zijn terug te leiden op wat we hebben meegemaakt. Maar het omgekeerde is wel waar: wat we meemaken doet in zekere zin iets met ons lijf.
Je lijf is sneller dan je hoofd
Als er iets mis is, weet je lijf het als eerste. Daarom is het zo zinvol om naar je lijf te luisteren. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, dat heb ik aan den lijve ondervonden. Als ik een tijd lang te veel gewerkt heb, te weinig mijn vrienden heb gezien, te lang niet heb gelachen met mijn man, mijn kinderen te weinig heb geknuffeld, dan merk ik dat in mijn lijf. Als ik te lang mijn behoeftes onvoldoende heb geuit, dan word ik snauwerig naar mijn man, neemt mijn lijf afstand en gaat mijn kin omhoog. Ik pak hem op zijn woordkeus aan en denk het allemaal beter te weten. Ik laat me niet raken, een beschermingsmechanisme. Op zo’n moment helpt het als ik besef dat ik weer in die kuil ben gelopen. Ik kan weer contact maken met mijn lijf en zeggen waar het echt om gaat.
Inge
Wil jij ook ontdekken wat het je kan opleveren, als je naar je lijf luistert?